Scotland baby!

Mijn eerste bezoek aan Schotland was ergens begin jaren 90. Samen met zus Caroline en goede vriend Stewart de geweldige Highlands bezocht. Bij het weggaan heb ik gezworen om terug te keren naar, wat later bleek, mijn favoriete vakantiebestemming. In 2014 hebben Ronald en ik Hogmanay, de Schotse jaarwisseling, in Edinburgh gevierd. En vanaf deze prachtige stad de mooie omgeving ontdekt. De drie keer daarna heb ik samen met mijn zussen rondgereisd door de Schotse hooglanden en verschillende steden aangedaan. Maar wanneer wij met z’n drieën zijn, kan het nooit helemaal normaal verlopen.

Vorig week vetrokken wij, de drie zussen Dianne, Caroline en Harriët, voor de derde keer naar Schotland. Hoezo voor de derde keer vraag jij je zeker af? Nou, dat is een beetje een raar verhaal. Wij denken, weten het bijna zeker, dat wij Schotse genen hebben. Wanneer wij in Schotland uit het vliegtuig stappen, voelen wij ons meteen thuis. Kerels met kilt worden ineens aantrekkelijk, wij spreken elkaar aan met Love of Lassie en beginnen meteen te hupsen wanneer wij doedelzakmuziek horen.

Eén keer in de twee jaar gaan wij richting Schotland. Ondertussen is het een traditie. Niet alleen de reis daarnaartoe, maar ook steeds bijna onze vlucht missen is een gewoonte geworden. Hoe? Wij weten het zelf ook niet. Of toch wel? Treinstoringen, files, lanterfanten of gewoon denken dat je genoeg tijd hebt, dat heeft ons al meerdere keren bijna de kop gekost.

In 2015, onze eerste reis samen, twee uur voordat onze vlucht vertrok, gewoon nog in het centrum van Edingburgh zitten lunchen. Tied zat jah! ‘Alleen maar’ eem de koffers ophaal’n en de huurauto uit de parkeergarage haal’n. Lukt makkelijk. Uhuh… not! We konden de locatie van de autoverhuurder niet meer vinden en daardoor waren wij kostbare tijd verloren. Rennend, zwetend en tierend over het vliegveld. That’s our cup of tea! Een paar minuten voordat de deur van het vliegtuig sloot, waren wij present. Bijna te laat! Met elkaar high fivend, snel instappen, met bravoure de blikken van anderen vermijdend, laag in de stoel gaan zitten en even onder de radar blijven. Frustratie bij anderen waait zo weer over. Na tien minuten weer de grootste klep hebben en de stress weglachen, totdat iedereen ons wederom zat was. En ofcourse direct met de lip aan een glaasje wijn of bier.

In 2020 werd i.v.m. coronaaaaahhh onze reis gecanceld. Verder maken wij geen woorden vuil aan deze ongelooflijke shit periode. Of toch wel… Om de pijn van de gecancelde reis iets te verzachten, zijn wij een paar dagen naar Callantsoog gegaan. Een leuke chalet gefikst, elektrische fietsen gehuurd en met schitterend weer naar Den Helder gesjeesd. Daar onze lunch in de buitenlucht opgekluifd, want ja, binnen mocht dat niet hé! Wat een gekke tijd was dat zeg.

In 2022 hebben wij alsnog de reeds geplande rondreis door Schotland gemaakt. Bij deze reis hebben wij op zowel de heen als terugreis bijna onze vlucht gemist. Gebrek aan timing en complete achteloosheid waren de reden van het bijna niet op tijd zijn. En hoe kan het dan toch, dat je zo’n stressvolle situatie zo snel weer vergeet? Je zou denken: ‘Dat overkomt ons niet nog eens.’ Jaja…
We hebben daar met een huurauto de Highlands onveilig gemaakt. Het stuur aan de rechterkant, links rijden en met links schakelen. Wat kan er mis gaan? Dat heeft wel wat hachelijke en komische momenten opgeleverd hoor. Al met al was het prachtig en beregezellig. Afgesproken dat dit niet onze laatste keer zou zijn.

Dit jaar (2024) ging als volgt: Dianne gaf al tijdig aan: ‘Laten we wat eerder naar Schiphol gaan. Dan nemen wij de trein van 07.30 uur i.p.v. die van 08.30 uur. Het gaat ons nog een keer goed mis.’ Met onze grote tater tegelijk eroverheen. ‘Dianne, doe eens niet zo gestrest! Het komt allemaal goed. We zijn ruim op tijd met deze trein en de hele mikmak op het vliegveld.’ De ochtend van vertrek bleek er rondom Schiphol van alles mis op het spoor. Geen treinen daarnaartoe. Wow, oké, wat nu?! Op de zussen app boden wij tegelijkertijd onze auto’s en stuurkunsten aan. Dianne won en reed zo snel als het kon haar bolide voor. Maar ja… dan woon je in Nederland en belandt je in de spits. In de file zagen wij de tijd wegtikken. Caroline vertelde ondertussen over haar gemiste vlucht in Kaapstad. Zij was een dag te laat op het vliegveld en moest € 800,00 extra aftikken voor haar ‘no show’. Dit gaf ons niet echt vertrouwen voor onze vlucht. Bij het terrein voor langparkeerders aangekomen, als een malle een parkeerplek gezocht en daarna als een soort Flipper de shuttlebus naar het vliegveld ingedoken. Natuurlijk was het rete druk bij de douane. Met onze aller charmantste glimlach, hebben wij om voorrang verzocht. De dame van dienst snapte ons probleem en maakte een uitzondering. Hartje voor haar! Maar dan moeten je immense wandelschoenen nog uit, jezelf nog afvragend of je sokken op een gatenkaas lijken, verder met strippen en weer aankleden. Ondertussen wordt er door de ‘Commandant der Strijdkrachten’ verschillende commando’s geschreeuwd. ‘Jij! Hierheen! Nee! Niet alles in één bak! Jij! Riem af! Niet bewegen in de scan!’ Pfff… En dan ben je eindelijk klaar bij de douane. Heet van de heisa, als een gazelle naar de gate gerend. En jawel hoor, net op tijd. ‘Hooooooi!!! We are in, let the party begin!’ Op drie minuten voordat de gate dicht zou gaan, toch weer gelukt. Lucky bastards!
Op onze laatste avond voor vertrek hebben wij afgesproken, de volgende ochtend extra vroeg op te staan. Na het avondeten met iets teveel wijn nog een frisse strandwandeling gemaakt. ‘Laten we even wat foto’s op de rotsen maken!’ Wat wiebelig van de wijn zou je zo van die rotsen afkeilen. Dat zou een heel lullige reden zijn om je vlucht te missen. Ik hoor het ze zo omroepen: ‘De gezusters B. hebben het dit keer echt niet gehaald. Ze zijn tipsy van de rotsen gesodemieterd.’ Gelukkig niet hoor! We waren ruim op tijd en hebben voor onze volgende reis beterschap beloofd.

Vindt jij het leuk om op de hoogte te worden gehouden van mijn (nieuwe) blogs? Laat dan een reactie achter bij één van mijn verhalen. In dat veld kan jij aanvinken dat jij op de hoogte wilt blijven van berichten/reacties.

Doen wat je leuk vindt? Ja graag!

Wanneer ik met de hondjes ga wandelen, zie ik ze regelmatig grappige dingen doen. Ook oervervelende dingen trouwens. In mijn hoofd wordt een actie van hun een heel verhaal. Aangezien ik veel fantasie heb en erg visueel ben ingesteld, krijgt zo’n verhaal direct vorm. Ik besloot er iets mee te doen!

In augustus 2023 ben ik begonnen met het opschrijven van teksten, die al een tijdje in mijn hoofd zaten. Heel langzaam ontstond het idee om een kinderprentenboek te maken. Maar dat was makkelijker gezegd dan gedaan. Schrijven, indelen, schrappen, mopperen, wegleggen en daarna weer opnieuw proberen. Met nul ervaring ben ik er vol voor gegaan. Wat zou er mis kunnen gaan? Toen mijn concept ‘klaar’ was, deed ik pas onderzoek naar de spelregels van het maken van een kinderprentenboek. Er wordt een maximum van 1500 woorden aangegeven. Djeeezz, ik zat al rond 2500 woorden. Dan maar proberen om delen van de tekst te schrappen. Daarna zat ik op 2250 woorden. Het is gewoon niet leuk om stukken tekst te verwijderen. Je hebt er hard aan gewerkt en vindt het zelf mega grappig. Het lijkt allemaal essentieel voor je boekje, wat achteraf dus niet zo blijkt te zijn.

Als kind van 12 jaar schreef ik mijn eerste verhaal. Ik vond het laatst terug in een oud, oranje schrijfmapje. Een keurig, met pen uitgewerkt verhaaltje uit 1984. Paard Lucy was het hoofdkarakter. Ze werd vermoord…

Op mijn werk zeiden ze het jaren geleden al. Jij moet een boek schrijven. Ik was namelijk nogal lang van stof wanneer ik de notulen van een informatieavond of overleg moest uitwerken. Met grote precisie probeerde ik het overleg op papier weer te geven. Later leerde ik wel dat dit niet de bedoeling was. Nou ja, ik ben dus altijd lang van stof geweest. Maar als het écht moet, dan is een beknopte versie ook mogelijk.

Ongeveer 40 jaar geleden is de liefde voor schrijven dus al begonnen. En toch ben ik al die jaren onzeker geweest of het de moeite waard is wat ik te melden heb. Op een gegeven moment heb ik dat losgelaten. Want wat nou als anderen het niet leuk of interessant vinden? Ga ik daar dood van? Nope! Word ik er anders van? Nope! Waarschijnlijk een deuk(je) in mijn ego? Jep! Maar wanneer dat alles is, wat heb ik dan te verliezen? He-le-maal niks! Jaren geleden gestart met verhalen op Facebook te plaatsen. daarop kwamen vaak leuke reacties. Daarna ben ik deze website gestart en ook op de blogs komen leuke berichten binnen. En nu? Ja nu krijgt mijn eigen kinderprentenboek vorm. Het manuscript is officieel geredigeerd (nagekeken/verbetert) en de tekeningen van de illustrator druppelen binnen. Echt zo supertof! Deze week volgt een afspraak omtrent begeleiding bij het zelf uitgeven van mijn boek. Ik kies voor self-publishing, omdat ik daarmee alles in eigen hand kan houden. Die wens is sterk, omdat de karakters uit het boek gebaseerd zijn op mijn eigen hondjes. Niemand kent die draakjes beter toch?

Als begeleiding van dit verhaal heb ik een eerste (ruwe) versie van de karakters geplaatst. Met alle credits voor Sabine, de illustrator.

Vindt jij het leuk om op de hoogte te worden gehouden van mijn (nieuwe) blogs? Laat dan een reactie achter bij één van mijn verhalen. In dat veld kan jij aanvinken dat jij op de hoogte wilt blijven van berichten/reacties.

Hupsakee, de fik in het naaiatelier!

Mijn eerste baan in de grotenmensenwereld was niet bepaald een sprookje te noemen. Toen ik bij de verbouwing van de bovenverdieping mijn oude naaimachine tegenkwam, begon ik spontaan te zweten en had de neiging tot braken.

Wij zijn op de bovenverdieping met een kleine verbouwing bezig. En voordat we konden beginnen, moesten wij eerst opruimen. Jemig, wat een zooi kan je wegstouwen onder schuine wanden. Luik open, zooi er induwen, goed aanstampen en luik weer dicht. Een mooi systeem is dat. Totdat je gaat verbouwen… Honderden boeken heb ik uitgepakt, gesorteerd en opnieuw verpakt. Het grootste gedeelte kan weg naar een opkoper, kringloop of goed doel. Voor Ronald een doos apart gehouden voor zijn boeken. Ik heb mijzelf twee dozen gegeven om mijn meest geliefde boeken in te bewaren. In mijn hoofd is dat de max van wat ik mag houden. Dit de eerste opbergruimte van de vier. Wetende dat er nog meer boeken, fotoboeken, elpees, singles en cassettebandjes op mij liggen te wachten. Alle fotoboeken zijn mij dierbaar. Die doe ik natuurlijk niet weg. Maar wat te doen met de rest? Nakijken en opnieuw verpakken, zodat ik ze voor de komende jaren weer achter een luik kan duwen? Thuis naar muziek luisteren doe ik niet meer. Muziek in huis geeft mij teveel prikkels. Op een feestje of bij een concert heb ik er geen last van, maar thuis is het een grote trigger geworden. Net zoals luide reclames en geschreeuw op tv. Maar volgens mij dwaal ik nu af.

Bij het opruimen kwam ik mijn oude naaimachine tegen. Ik zei: ‘oh hallo duister kreng’ en kreeg spontaan nachtmerries over mijn eerste baan. Vroeger, lang, lang geleden, werkte ik als 16 jarige bij een confectieatelier. Ik ga proberen om aan jullie uit te leggen, hoe dat daar in z’n werk ging. Bij de start van je werkdag ging om 07.30 uur een bel. Die bel werd ook gebruikt voor het begin en einde van de pauzes en het einde van de werkdag. Het betrof een geheel open atelier, dus werd je uit alle hoeken in de gaten gehouden. Was je te laat, of maakte je een praatje met een collega, dan moest je het fiks ontgelden en iedereen kon daarvan meegenieten. Na een hele dag zomen in onderjurken te hebben genaaid, zat je dag er weer op en mocht je met een pijnlijk lichaam huiswaarts keren. En de volgende dag moest je opnieuw “de hel” betreden. Je zou het een modernere versie van een sweatshop kunnen noemen.

De cheffin / opperhoofd / schijtwijf van het eerste uur (excusez-moi voor mijn bewoording) hield alles strak in de gaten. Ze deelde met groot genoegen standjes uit en gaf met een autoritaire houding uitleg over verschillende technieken. Zo gaf zij mij uitleg over een specifieke manier om etiketten in jurken naaien. Nadat ik er een stuk of 100 had verwerkt, kwam ze controleren. ‘Dat heb je helemaal verkeerd gedaan!’ schreeuwde ze. Meerdere collega’s hadden dezelfde uitleg gehoord, maar volgens het schijtwijf had ik niet goed geluisterd. Ik moest met een heel klein pulkmesje alle etiketten er weer afhalen. Na dit voorval ben kwaad vertrokken. Mijn moeder was ook boos, maar dan vooral op mij. Mijn ouders waren van vóór de Tweede Wereldoorlog. Je werkgever was heilig, net zoals de huisarts en de pastoor. Die laatste was dan extra heilig 🙂

EHBO / ARBO technisch liet het in het confectieatelier ook nog wel wat te wensen over. Een naaimachinenaald in een nagel, een hand in de plakmachine (machine waar stof met stijfsel op elkaar wordt geplakt), dat was allang niet meer spannend. Meerdere collega’s met veel pijn in tranen gezien, maar een pleister hier, een koud doekje daar en het was wel weer klaar. Ik heb er in ieder geval geen leuke tijd gehad en het een poos uit mijn geheugen verbannen. Het kleine jaar dat ik daar heb gewerkt staat dan ook niet op mijn cv. Verdringen noemen we dat. Het doet ook niet meer ter zake. Het was een nietszeggende werkgever met een walgelijke leidinggevende in dienst. Jaren later zijn ze failliet gegaan. Toen ik dat hoorde, heb ik stiekem in mijn vuistje gelachen. Nog lange tijd gebroed op een soort van wraakactie jegens het schijtwijf. Het is er niet van gekomen, omdat ik het blijkbaar niet in mij heb om een vijand op te wachten en af te rossen. Echt hoor! In die tijd wilde ik dat wel heel graag.

Die oude naaimachine… wat heb ik leuke kleding en dekbedovertrekjes voor baby’s uit mijn familie gemaakt. Maar na mijn genoemde “carrière” was de lol van mooie dingen maken er helemaal af. 35 jaar later vertoon ik hele andere kunsten op werkgebied. En in mijn vrije tijd is de creativiteit nog steeds aanwezig. Restaureren van oude meuk, meubels maken en schilderen. Ik vind het allemaal geweldig. Op het moment van schrijven is het tekstuele concept van mijn (eerste) kinderprentenboek klaar. Ik zal jullie van de voortgang op de hoogte houden.

Vindt jij het leuk om op de hoogte te worden gehouden van mijn (nieuwe) blogs? Laat dan een reactie achter bij één van mijn verhalen. In dat veld kan jij aanvinken dat jij op de hoogte wilt blijven van berichten/reacties.

Rennen, springen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan

Al een paar jaar komen wij met onze honden bij de plaatselijke hondensportvereniging. Puppysocialisatietraining, Puppytraining en de Jonge Hondentraining, allemaal even leuk. En de dames? Zij vinden het fantastisch! 

Als mini haarballetjes beginnen de puppy’s aan de puppysocialisatietraining. Een stuk of zes van die ongeleide projectielen bij elkaar. De naam van de training zegt het al. Socialiseren met andere hondjes. Daar hoort blijkbaar ook bij: over elkaar heen rollen, op elkaars kop piesen en vooral niet luisteren. Het is gewoon een superschattig schouwspel.

Wanneer de kleintjes klaar zijn voor de volgende sprong, mogen ze ‘over’ naar de puppytraining. Hier leren ze meer aandacht voor hun baasje of vrouwtje te krijgen. De commando’s Zit en Lig worden geoefend en ze mogen voor het eerst door een flexibele tunnel rennen. Guus, één van de trainingsmaatjes, vond de tunnel altijd rete-spannend. Twijfelachtig stond hij dan bij de ingang, kijkend naar zijn vrouwtje. Tegen het vrouwtje van Guus zei ik voor de grap, dat het bij de vereniging gebruikelijk is om je hond voor te gaan bij de oefening. Ik zei dat zij eerst door de tunnel moest kruipen en dat Guus wel zou volgen. De tunnel die regelmatig wordt ondergepiest door enthousiaste viervoeters. Voordat ik het in de gaten had, was ze al in de tunnel gekropen. Guus sprong achter haar aan en wat volgde was een worsteling in de nauwe doorgang. De tunnel schudde hevig en het gevloek was niet mals. Guus kwam als eerste uit de tunnel en zijn vrouwtje volgde op handen en voeten. Ze keek ons beteuterd aan. Haar kapsel compleet ontploft. Gieren met elkaar! Ze kon er gelukkig zelf ook om lachen.

Na het afronden van de puppytraining kan je ervoor kiezen om door te gaan naar de jonge hondentraining. In deze training worden de gehoorzaamheidsoefeningen van de eerdere trainingen verder uitgebouwd. Daarnaast moeten ze een parcours lopen en is er ruimte om het pubergedrag van je hond te bespreken. Genoeg stof voor een bespreking van een half jaar of zo. De honden zijn in deze leeftijdsfase best aanwezig. Wel zie je dat er al meer focus is ontstaan. Een oefening kan nog wel plotseling stoppen omdat je hond ineens moet kakken. If you gotta go, you gotta go!

Wij trainen met beide honden. Bo heeft deze jonge hondentraining al eerder doorlopen. Omdat ze het leuk vindt, hebben wij haar opnieuw opgegeven. Ze is echt een werkhondje en voert met grote precisie (bijna) alle opdrachten uit. Wanneer wij stoppen op de parkeerplaats van de vereniging, zijn de monsters helemaal hyper. Dan kunnen ze niet wachten tot ze op het veld staan. Jip is altijd weer blij om Anita te zien. Anita is de trainster van de groep en heeft Jip, in een korte afwezigheid van baasje, bij de training even onder haar hoede gehad. Wanneer Anita, na het goed afronden van een oefening, roept: ‘goed gedaan!!!’ Dan kwispelt Jip er vrolijk op los. Ook al is de oefening niet door haarzelf uitgevoerd.

In het begin van de jonge hondentraining was het een dolle boel. In een iets andere samenstelling, met verschillende hondenmaatjes bij elkaar. Allemaal met hun eigen grappen en grollen. Jack was een hitsig hondje en besprong alles wat rondliep. Wij dachten dat Jack een konijn was, verstopt in een hondenpakje. Teun(tje) woog op het begin al een slordige 25 kilo. Hij deed erg zijn best, maar werd te lomp bevonden voor de behendigheidstraining. Binkie kwam wat schuchter binnen. De eerste training was niet zo fijn voor hem. Gelukkig was dat van korte duur. En Jellybean was er ook bij. Een eigenwijze Franse bulldog, druk met alles, behalve met de training. De groep was een geweldig zooitje ongeregeld bij elkaar.

In de laatste fase van de training kon je goed zien hoe de honden zich hadden ontwikkeld. Jack bleek toch geen konijn in een hondenpak en slaagde met vlag en wimpel. Binkie legde zonder riem het laatste parcours af. Trots keek hij daarna naar zijn baasje. Teun(tje) heeft de groep helaas eerder verlaten. Jellybean heeft uiteindelijk laten zien dat een Franse bulldog best atletisch kan zijn. Niet door de tunnel rennen, maar er bovenop springen en het vertikken om eraf te komen.

Op het moment van schrijven, hebben de dames hun training afgerond en hun certificaat met wat lekkers ontvangen. Na 10 weken hun stinkende best te hebben gedaan, is het voor nu even mooi geweest. Het is voor ons winterstop en ergens in de lente gaan wij bekijken wat een mooi vervolg voor ze kan zijn. Wie weet dat het weer stof oplevert voor een nieuw verhaal.  

Vindt jij het leuk om op de hoogte te worden gehouden van mijn (nieuwe) blogs? Laat dan een reactie achter bij één van mijn verhalen. In dat veld kan jij aanvinken dat jij op de hoogte wilt blijven van berichten/reacties.

Zon, zee en strand. De familie B. op vakantie in Nederland.

Met twee Jack Russells, waarvan één in de puberteit zit, op vakantie. Nee, een caravan zou dit jaar niet geschikt zijn. Bij regen wil je niet 10 dagen lang op 10m2 op elkaar gepropt zitten. Daarom hebben wij een huisje met wat extra leefruimte gehuurd. Vakantie in eigen land is weer-technisch gezien de goden verzoeken. Toch hebben wij de gok gewaagd en dat pakte goed uit!

Met de haarballen richting de Nederlandse kust, dat leek ons wel wat. Het idee om dit jaar een caravan te kopen hadden wij laten varen. Met onze terriërs, waarvan één haar oortjes voor de sier heeft gekregen, bij slecht weer in een kleine caravan te bivakkeren, dat bracht bij voorbaat al nare beelden op het netvlies. Dit jaar hadden wij een ruime vakantiewoning in gedachten. Na wat speurwerk kwamen wij uit bij een uitgebouwde vakantiewoning nabij de Nederlandse kust. Een leuke hut met twee slaapkamers en een grote, beschutte tuin.

De weersvoorspelling zag er goed uit. Voor onze vakantieperiode was gemiddeld 27 graden voorspeld. Bo de (zee)hond kon niet wachten. Die had een paar dagen van tevoren haar bikini al aangetrokken. Jip, iets terughoudender voor wat betreft waterpret, had voor de zekerheid haar badpak in haar tasje gestopt. Bo was al dagen onrustig. Ze voelde haarfijn aan dat er iets op stapel stond. Onze kleine stresskip houdt niet van autorijden, is direct van slag en braakt dan de Batmobiel helemaal onder. Daarom hadden wij haar al een paar dagen een homeopathisch goedje door het eten gefrommeld. Dat zou de scherpe kantjes eraf halen en dat werkte. Nou ja, het kotsen bleef uit. Mevrouw heeft nog geen 10 seconden op haar kont gezeten, terwijl Jip bijna alle kilometers snurkend heeft doorgebracht.

Om ons daar te kunnen voortbewegen, hadden wij onze fietsen meegenomen. Allebei een fietsmand voorop, zodat Bo & Jip overal mee naar toe konden gaan. Voor de vakantie nog geoefend bij ons in de wijk. Dat ging met wisselend succes. Bij de eerste rit door de duinen waren wij een echte bezienswaardigheid. Iedereen kon ons van ver horen aankomen. Bo werd niet vrolijk van het ritje in haar fietsmand (je verwacht het niet hé?). Ze jankte als een wolf bij volle maan. Bo werd ondertussen wat schor en mijn hoofd werd steeds roder. De aandacht van alle ‘toeschouwers’ werd mij teveel. Oké, stoppen maar! Jip had ondertussen haar hoofd vast in het beschermingsraster zitten, dus even op adem komen was geen gek idee. Na nogmaals proberen en dezelfde drama’s hebben wij het opgegeven. Dan de lastpakken maar samen in de mand van Jip. Dat ging verrassend goed!

De vakantiewoning was meer dan prima. De kleinste slaapkamer hadden wij voor Bo & Jip gereserveerd. Daar waar ze thuis gewoon in hun bench slapen, zo groot was het drama nu. Na meerdere vermanende toespraken en een Jip die zich door de deur heen wilde vreten, hebben wij de strijd verloren. Tja, je wilt zelf ook graag slapen en daarom maar bij ons op bed. Heel erg warm, zonder airco, een slecht bed en snurkende honden. Echt een fantastische belevenis… En net wanneer het niet ongemakkelijker kon, werd ik een keertje wakker en lag één van die wurmpies in mijn arm opgerold, veilig te slapen. Ach ja, dan verdwijnen je ongemakken als sneeuw voor de zon.

De bezoekjes aan het strand waren de hoogtepunten van onze vakantie. Niet echt voor mij hoor. Ik ben geen strandmens en irriteer me aan al dat zand. Ik lig de hele dag badlakens en kleding af te kloppen. De combi van zonnebrandcrème en zand vind ik echte horror. Maar goed, man en ‘kinderen’ vonden het geweldig. Waar Jip bij mij in het ondiepe bleef, daar gingen Ronald en Bo voor olympisch goud. Bal in het water, zwemmen in zee en springen over de golven. RaBOmi Kromowidjojo heeft er wat afgeplonst. Jip genoot in het ‘pierenbadje’. Ja, de mooiste dagen waren toch echt aan het strand.

In dit verhaal lezen jullie veelvuldig over de dwarsheid van de monsters. Toch zijn ze vooral grappig en braaf geweest. Leuke steden bezocht en heerlijk uit eten geweest. De dames waren natuurlijk ook present. Samen in hun buggy, met snoep en speelgoed. Maar ook aan hun lange lijn in de tuin waren ze op hun best. Dat ze bijna de Duitse buurvrouw opvraten… Ach ja, een kleinigheidje houd je toch.

Vindt jij het leuk om op de hoogte te worden gehouden van mijn (nieuwe) blogs? Laat dan een reactie achter bij één van mijn verhalen. In dat veld kan jij aanvinken dat jij op de hoogte wilt blijven van berichten/reacties.